Week 4

Maandag, 19 september. Lissabon.
Vandaag een rustdag, ook voor de schrijver dezes.

Dinsdag, 20 september. Lissabon.
Na een goede rust op onze rustdag, gaan we vandaag weer een uitje doen. Wij gaan naar Lissabon, een aantal anderen gaat naar Sintra (met gids Renate) en een aantal kiest voor rust op de camping. We lopen rustig naar de bus, maar als blijkt dat deze er al staat, lopen we toch iets sneller, geheel overbodig, er staan veel mensen die allemaal contant een kaartje willen kopen zodat wij toch ruim op tijd zijn en met onze dagkaart snel naar binnen kunnen. De bus staat vol mensen maar na enig speuren zien we toch nog een lege stoel - zo zie je maar weer, nooit een volle bus geloven zonder zelf te kijken. De Mw. staat op, ze moet er toch snel uit, en we zitten - overigens niet heel erg comfortabel, maar wel beter dan staan.
De buschauffeur ramt de bus door de straten, racet als Max door de bochten, geeft gas als een straaljagerpiloot en remt als een anker, desondanks komen we na 55 minuten aan op de Praca Figueira, het busstation. We gaan eerst op zoek naar ons 'Paleis van de Nata' het heet natuurlijk Pastéis de Nata, oftewel custard-gebakje. Na enig zoeken vinden we het en natuurlijk bestellen we Capucino en Café Americano en twee Nata. Het smaakt voortreffelijk.
Nu kunnen we de stad in, we willen graag in Elevador Santa Justa maar waar is die. G-Maps geeft de route aan, we komen ook langs het station met de hoefijzer-vormige ingang en na een kwartiertje staan we bij de Elevador - in de rij. Twintig minuten wachten voor 20 seconden 'liften'. Je moet maar willen. Wat dan weer heel erg leuk is zijn de plotselinge ontmoetingen met vreemden die daarna geen vreemden meer zijn. We ontmoeten Tibor en Saïda, hij is Hongaar, zij Peruaanse, beiden wonen samen in Australië. We hebben alle tijd om gezellig te kletsen over landen, herkomst, reizen enz. Jammer dat we afscheid moeten nemen na de 'lift'. Het is toch wel een bijzondere belevenis, je zit in een lift die al in 1902 zijn dienst deel om de bovenstad Chiado te vebinden met de benedenstad.
Boven is - alweer - een café en dus nemen we nog een kopje koffie en genieten van het uitzicht en de massa's toeristen die er voorbij komen, op weg naar de elevador of uit de elevador komen.
Wat grappig is is dat de saxofonist die eergisteren in de wijk Alfama speelde nu hier staat, hij is echt een goede muzikant. Boven komen we ook langs de kerk zonder dak, het dak is na de aardbeving in 1755 nooit hersteld, de een vindt het verschrikkelijk, de ander vindt het juist een gedenkteken, een herinnering aan die vreselijk ramp.
We lopen nu door Baixa naar het Praca do Commercie met het beeld van Dom José de eerste en dan naar het Praca do Municipo. Daarna richting Barro Alto waar we een leuk en heel net restaurant vinden voor de lunch. Het wordt een beefburger met bacon, wat sla en wat frites. Het was prima, mag ook wel, twee beefburgers met frites en twee drankjes dertig euro. Hadden we wel eens voordeliger.
We lopen door smalle en brede straten, over vlakke en stijle straten, over drukke en verkeersvrije straten, langs kale en langs mooie pleinen, langs schitterende en goed onderhouden huizen en langs krotten. Lissabon is heel divers maar het blijft boeiend. Op een plein dan ineens een enorm hoofd als kunstwerk, wel mooi maar tegelijk ook raar. Dan onverwacht - op weg naar Sao Roque - komen we langs Onze Lieve Vrouwe Incarnatie kerk, deze kerk is anders, mogelijk omdat in Portugal Maria vaak grotere verering krijgt dan Jezus zelf. Iets verderop komen we dan in de Sao Roque kerk, maar wie is Sao Roque eigenlijk, hoe heet deze in NL? Geen idee! Het was in ieder geval de eerste Jezuïtenkerk in Portugal. Aan de gevel zie je niet eens dat het een kerk is, het lijkt wel een markt of kantoor, maar van binnen is het heel bijzonder, veel goud natuurlijk...
We lopen verder, we willen nog even naar ons paleisje, maar dan met de Funicular omlaag en deze is iets verderop.
Als we aan komen lopen, komt het treintje net omhoog aan en kunnen we bijna als eersten plaats nemen. Een kwartierje laten zitten we dan in ons paleisje voor een lekker drankje. Daarna nog even wat boodschappen doen en naar de bus op Praca Figueira. We komen aanlopen, stappen inen de bus vertekt meteen en er is zelfs zitplaats. Ook deze chauffeur is familie van Max, hij ramt de bus door de straten.
De anderen zijn ook net terug van hun reisje naar Sintra en ook zij hebben een mooie dag gehad, iedereen is vol lof. Het was een leuke dag, morgen weer een reisdag.

Woensdag, 21 september. Naar Odivelas.
Vandaag weer een reis dag, maar de dag begint met weer een Corona 'geval', weer is een deelnemer ziek, even later zijn het er zelfs twee, drie anderen zijn nu bijna uit carantaine. Het moet niet veel erger worden, het is voor niemand leuk, vooral voor degene die het betreft. Na het gebruikelijke opruimen, ramen en luiken dicht en één kopje koffie, gaan ook wij op reis. De route voert over de 'San Franciscobrug' over de rivier de Taag, de brug heet offiecieel "Ponte 25 de Abril" genoemd naar de datum van de Anjerrevolutie op 25 april 1974. Het is super bijzonder om over deze gigantische brug te rijden, tientallen meters boven de rivier en hangende aan enorme stalen kabels. De brug gebouwd op dezelfde wijze als die in San Francisco en door dezelfde ingenieurs.
We volgen de tolweg en schieten lekker op, aan onze kant geen file of opstoppingen, richting Lissabon moet je zeker op drie kwartier vertraging rekenen, wat een file. Na 30 kilomter een pic-nic plaats, met echte pic-nic banken en dus de koffie uit de tas en kopjes mee. Er zijn nog meer reisgenoten op deze parkeerplaats maar zij hebben de koffie net op en vertrekken, goede reis gewenst.
Na ruim een kwartier pakken wij ook op en gaan verder op onze route, we hebben er voor gekozen niet alles over de tolweg of snelweg te doen, heeft voordelen en nadelen. We komen door wijdse natuur met een enkel dorpje, wat los staande huizen en heel soms een paar koeien of zelfs schapen.
Dan een bezinepomp, altijd handig, even tanken. Maar het is inmiddels ook lunchtijd en dus parkeren we de auto even voor een quick lunch. Naast ons ligt een enorme stapel kurk, vast voor de handel.
Weer verder, we komen langs een gloednieuwe Lidl, de stenen liggen nog los in de straat. Mw.. TomT kent 'm zelfs niet. Maar wij doen weer wat nuttige boodschappen - ofschoon we ook niet alles kunnen krijgen, de Lidl heeft geen lekkere mandarijnen. Jammer.
We komen door Alcacer Do Sal, een stad die bijna aan zee ligt en waar vroeger zout gewonnen werd, vandaar "Do Sal". We zouden wel willen stoppen, maar waar met onze 11 meter zestig. Dan zien we een arena, rond, dus waarschijnlijk uit de tijd van de stierengevechten (die overigens in Portugal nog steeds plaats vinden). Er is een enorm parkeerterrein bij, dan zou er toch wel een plaatsje voor ons kunnen zijn. En ja hoor, het lukt, de koelkast op gas, deuren op slot en de stad in. Het is best een aardig stadje - ofschoon op dit tijdstip, iedereen ofwel eet ofwel slaapt. Wij zien een heleboel eters en één slaper. Het huis, een opknapper, hebben we een bod op gedaan en ..... het is geaccepteerd... We kunnen nog jaren klussen, hè hè.
Het uitzicht over de baai naar zee is schitterend en ook de stalen brug is bijzonder, een monument uit een tijd dat men alles met klinknagels maakte. Erg bijzonder, jammer dat hij niet meer in gebruik lijkt te zijn.
We keren weer om en vervolgen onze route nog ruim 50 kilometer, dus plank gas. Maar dat gaat dus niet lukken, het is een schitterende route, dwars door de natuur, alleen maar bomen, bomen en bomen. Olijfbomen, Eucalytus en Pijnboom, allemaal aangeplant, dus met een doel. Maar de wortels van de bomen zitten overoveral onder de weg. We vliegen soms tot het dak in de auto, kun je nagaan wat er in de caravan gebeurt. Later zien we open gevlogen kastjes, alle boeken en kaarten liggen door de hele kar heen. We rijden soms amper 40 km/u om de schade wat te beperken. we laten graag een reisgenoot passeren omdat deze met de camper toch wat sneller kan. Onderweg nog een bijzonder kapelletje, èn goed onderhouden, een enkele keer een paar koeien, soms wat schapen. Dan een dorpje met heel smalle straten, maar goed dat iedereen eet of slaapt, we komen gelukkig niemand tegen. Dan komen we over een soort stuwdam, het blijkt de dam te zijn van 'ons' stuwmeer, waar we vannacht zullen slapen. Het is de Barragem de Odivelas maar het meer is een beetje leeg aan het geraken, zomer, langdurige droogte, klimaat-verandering, enz. Dan eindelijk zijn we op de camping, het laatste stuk over een half-verhard zandpad, zelfs iets beter dan die mooie weg door de bossen. Minder geschud. We krijgen heel ruime plaatsen, zodat de natuur beter tot zijn recht komt, tja, tja. We hebben een prima plaats, de mooiste - aan het meer - zijn al bezet. Ook best. Welterusten, tot morgen, we hopen allemaal gezond weer op..

Donderdag, 22 september. Odivelas.
Wat hier opvalt is de bijna absolute stilte, je hoort hier niets, soms een uil. Wat een contrast met ons verblijf in Lissabon, waar dag en nacht het geraas van de autosnelwegen in de oren raast. Deze camping is nog een beetje 'geitenwollensokken' idee, alles eenvoudig en simpel, maar twee wc's en twee douches is wel een beetje weinig. Verder is alles ok.
Ik schreef gisteren "gezond weer op", nou dat is dan aan ons voorbij gegaan, Emmie ziet er uit alsof ze elk moment dood kan gaan, ze ziet er erg ziek uit. Is het dan toch Corona, zijn we nummer zeven en acht. Ik voel me goed maar wel moe, ondanks dat ik goed geslapen heb. We blijven bij de les, en doen een Corons test voor Emmie, het is - nu nog - negatief, dat is wel fijn, maar waarom voelt ze zich dan zo beroerd. Na het ontbijt gaat het al weer een beetje beter en we bedenken ons dat we al dagen achtereen druk zijn in een temperatuur waar wij niet aangewend zijn, we drinken echt onvoldoende. Een drukke dag in Lissabon, veel wandelen, weinig drinken, dan een reisdag, een brandende zon en de airco hoog, we drinken weinig. afgelopen nacht, was het erg warm, we drinken te weinig.
Als we twee flessen van anderhalve liter op hebben gaat het al een heel stuk beter, ook de door Louise 'bestelde' lunch smaakt prima, harteijk dank. Ik doe een middag-dutje om even 'bij te laden' maar na een tijdje word ik wakker, het is echt bloedje heet in de caravan, de zon staat er vol op, we hebben geen schaduw hier. Dan komt er een bouwvakker die aan het metselen gaat aan het sanitairgebouwe tegenover ons, dan komt de schoonmaakster die met gillende stem eindeloos door de telefoon tettert.

We gaan verhuizen, spullen in de kar, aanhaken en naar een betere plaats, met wel schaduw, ver van metselaar en schoonmaakster. De middag verloopt plezierig en we voelen ons steeds beter. We drinken water als een tempelier bier. We zitten net aan ons avondbrood als we ineens "rach' horen, verder niets. Wat is dat? We lopen om de caravan heen en daar is de boom die naast ons stond spontaan omgevallen, totaal verrot en een klein zuchtje wind was voldoende.
Het is vertier, het ramptoerisme komt los in volle omvang... toch ook wel weer leuk. Maar goed dat boom niet op de caravan gevallen is.
Morgen weer een dag...



Vrijdag, 23 september. Odivelas.
Nou vandaag is het wel duidelijk geworden, de Coronatest is onverbiddelijk voor Emmie, ik kom er genadiger vanaf. Dit heeft gevolgen, naar de eigen wc, douchen alleen in de speciale douche voor 'patienten', geen excursie, kortom: in quarantaine. Nou weten we dat ook weer, wat kan quarantaine rustgevend zijn!



Van veel deelnemers krijgen we steunbetuigingen en van familie lieve appjes. Lieve buren zijn bereid boodschappen voor ons te halen, waarbij ook een koorts-thermometer, die waren we vergeten.... Gedurende de dag gaat het steeds een beetje beter maar vermoeidheid speelt te hoofdrol.
Morgen zien we wel verder.

Zaterdag, 24 september. Excursie Evora.
Vandaag is de excursie naar Evora, die missen we dus.... Maaaar, we hebben Greet als vliegende reporter en cameravrouw gevraagd wat plaatjes te schieten en dat doet ze prima, hartelijk dank.
Ik moet toch wel zeggen dat we eigenlijk een rondreizend dorp zijn met 43 inwoners, van diverse pluimage, maar allemaal even aardig en behulpzaam, zoals je dat in een klein dorp nog aantreft, waar iedereen iedereen kent.
Om negen uur vertrekt de bus en om precies tien uur staat de groep in Evora. Lucia - met roots in NL - is de gids, ze weet wel van aanpakken en doorzetten, schema is schema. Een wandeling door Evora, langs fraaie pleinen, grote kerken staat op het programma.
Natuurlijk de Sint Franciscus kerk met klooster met natuurlijk de knekelzaal. Toch wel een beetje raar zo'n zaal die volgestouwd is met botten van priesters en broeders die in het klooster geleefd hebben. Er missen een paar botten, misschien toch nog in de soep beland... of is dat blasfemie, dan direct door naar de biechtstoel.
Het gezelschap gaat verder, langs de kerk van Santo Antao oftewel Sint Antonius. Kwart over elf, koffietijd, wel verdiend, de deelnemers verdelen zich over twee restaurantjes die supersnel koffie kunnen zetten, binnen een kwartier, bestellen, afrekenen, af laten koelen, opdrinken en wegwezen. Maar dat lukt dus niet, het is zaterdag er zijn meer mensen op de been dan alleen 'ons dorp'.
De stadswandeling gaat nu door naar de kathedraal, een echt heel grote kerk, die oorspronkelijk stamt uit de 13e eeuw. Lange gallerijen, vele tombes, een fraaie binnentuin - voor de broeders vroeger hun werkterrein, naast bidden natuurlijk. Zoals bijna altijd, 'herbergt' de kathedraal een scala aan grotere en kleinere altaren, de één nog 'goudiger' dan de ander. Wel is de architectuur van deze kathedraal schitterend en alles ziet er heel goed uit voor zo'n oud bouwwerk, overigens valt me sowieso op dat de kerken in Portugal heel goed onderhouden worden.
Na het uitgebreide bezoek aan de kathedraal, gaat het gezelschap verder naar de Templo Romano, een romeinse tempel uit de 1e of 2e eeuw. Het is wel een fraaie bezienswaardigheid al staat er niet zo heel veel meer overeind.
De wandeling gaat langs het paleis van de graaf van Cadaval, oftwel: Palácio Duques de Cadaval. Het ziet er voortreffelijk uit, het is dan ook - nog steeds - particulier bezit. Maar zo langzamerhand krijgen enkele 'inwoners van ons dorp' wel trek, het wordt tijd dat we naar 'ons restaurant' Mr.Pickwick gaan. Gelukkig zijn de 'dorpsgenoten' hier op dit moment de enige gasten en kunnen dus rustig wat tijd nemen voor een lekker hapje.
Het middagprogramma omvat een bezoek aan een fabriek waar ze van kurk een enorm assortiment aan spullen weten te maken. Heel het procedé wordt uitgelegd. Het is toch wel een werkje om van kurk een tas of slof of hoedje te maken. Het begint eigenlijk al bij het schillen van de boom, die er daarna toch wel een beetje bloot uit ziet. Maar na de uitleg en de rondleiding gaat dan toch ook nog de shop open en ofschoon het allang tijd is volgens de gids moet er toch eerst nog even afgerekend worden. We willen geen gezeur. Morgen weer een reisdag, naar Albufeira.

Zondag, 25 september. Naar Albufeira.
Vandaag de reisdag naar Albufeira, we ruimen de boel op, nemen nog een kopje koffie en gaan op pad, het is net half elf geweest, we verlaten de camping en steken dan de dam over. Het is echt een hoge dam, je kunt de vallei eronder niet zien, wat een diepte. Wel is het ook hier heel duidelijk dat het water zeker zes/zeven meter lager staat dan 'gebruikelijk'. Hopenlijk komt dat komende herfst en winter nog goed. Het is zondermeer duidelijk dat de natuur veel te lijden heeft van de droogte.
We volgen de aanbevolen route, maar dan gaat het ergens mis en even later rijden we door de weilanden, bossen en velden, smalle wegen maar gelukkig op zondag weinig verkeer, een klein gelukje. Een paar keer roept Mw. T dat we moeten afslaan maar het straatje staat ons eigenlijk niet aan, maar hoe anders? Geen idee. Na ruim drie kwartier komen we via een obscuur weggetje dan eindelijk op de tolweg en kunnen we wat kilometers maken, we hebben eigenlijk geen idee waar we zijn, maar we moeten in elk geval naar Ourique - geen beroemde Portugeese zanger maar een stadje op weg naar Albufeira. In Ourique staat een ALDI en een Pingo Doce, en daar willen we heen.
Het lukt, het is inmiddels twaalf uur geweest als we onze car een plaatsje kunnen geven, dwars op het eind van een parkeerterrein. We krijgen gelukkig alle boodschappen en nemen nog een drankje op een terras (natuurlijk is Emmie goed 'gemondkapt') iedereen is goed gekapt, het is wel een zondag...
We gaan nu over de IC1 naar het zuiden, dan een bezine station met een parkeerterrein - of wat er voor door moet gaan - daar staan al een aantal 'dorpsgenoten' dus maken we even een praatje voor we aan de lunch gaan. Weer verder, opnieuw door schitterende natuur, met veel olijfbomen (denken we) en een paar fraaie vergezichten. Toch vind ik het saai, de afwisseling ontbreekt. Het is tegen drie uur als we op de camping verschijnen, wel groot, heel groot, prima sanitair, maar wel een snelweg naast de deur. Ach je kan ook niet alles hebben.
Morgen een rustdag dan een excursie voor de reisgenoten, we moeten nog tot woensdag in quarantaine blijven. Wel jammer,
Naar de volgende week 5.

Terug naar Spanje Portugal reis



Terug naar Gerritsma-site